Eerste zinsdeel bij inversie

eerste zinsdeel bij inversie

Welke zinsdelen kunnen vooraan staan in een zin met inversie?

Als cursisten kennismaken met de verschillende soorten zinnen in het Nederlands, zorgt de hoofdzin met inversie vaak voor veel vragen. Bijvoorbeeld over welke zinsdelen allemaal het eerste kunnen zijn bij inversie.

Veel soorten zinsdelen kunnen vooraan in de zin staan, in plaats van het onderwerp. Allerlei bijwoordelijke bepalingen bijvoorbeeld, maar ook veel andere zinsdelen:

  • Bepalingen van tijd: Eergisteren regende het de hele middag.
  • Bepalingen van plaats: In Nederland zijn meer fietsen dan mensen.
  • Bepalingen van wijze: Met de trein ging hij van Nederland naar Italië.
  • Direct object: Die film heb ik nog niet gezien.
  • Indirect object: Manon heb ik het nog niet verteld.

Bepaald of onbepaald

Naar grammaticale functie zijn hier geen beperkingen op, maar de vorm heeft wel beperkingen. Vooral bepaalde naamwoordelijke elementen kunnen voorop worden geplaatst. Een uitzondering hierop is als je een algemene uitspraak doet.

  • Enkele cursisten vroeg de docent om de tekst voor te lezen. (Dit is geen goede zin; enkele cursisten is hier onbepaald, en kan niet voorop worden geplaatst)
  • Appels kun je met schil en al eten. (Appels is hier weliswaar onbepaald, maar omdat het een algemene uitspraak is, kan het wel voorop worden geplaatst.

Bijzinnen als eerste zinsdeel

Ook bijzinnen kunnen vooraan worden geplaatst. Er komt dan inversie in de hoofdzin.

  • Omdat zij graag wandelt, heeft ze wandelschoenen gekocht.
  • Hoewel het al september is, is het nog heel warm.

Hier zijn wel enkele beperkingen; sommige soorten bijzinnen kunnen niet vooraan staan. Daarbij gaat het om de volgende types:

  • Bijzinnen die een gevolg aangeven: Hij deed altijd erg zijn best op zijn werk, zodat hij medewerker van de maand werd.
  • Vergelijkende zinnen met alsalsof of (net) of die je niet zomaar kunt weglaten: Je kunt maar beter doen alsof je dat niet gehoord hebt.
  • Toegevende zinnen met (ook) al: Mijn buren gaan elk jaar op wintersport, ook al kunnen ze het eigenlijk niet betalen.
  • Voorzetselvoorwerpzinnen die met dat of of beginnen: We zorgen ervoor, dat we op tijd op het station zijn. 

Die laatste twee soorten kunnen wel aan het begin van de zin staan, maar daarna volgt geen inversie; je plaatst ze dan voor de eigenlijke zin:

  • Ook al kunnen ze het eigenlijk niet betalen, mijn buren gaan elk jaar op wintersport.
  • Dat we op tijd op het station komen, daar zorgen we voor. (De inversie wordt hier veroorzaakt door daar.)

Op zoek naar werkvormen?

In de online cursus Grammatica voor NT2-docenten staat de informatie van deze website gegroepeerd op onderwerp. Bovendien staan bij elk onderwerp een of meer werkvormen uitgelegd – vaak met concrete oefeningen die je zó kunt overnemen.

Meer taal?

De nieuwsbrief voor NT2-docenten verschijnt elke week: zo krijg je elke week een nieuwe lestip! In de maandelijkse nieuwsbrief van AV Taaltraining lees je alles over mijn andere activiteiten.

Naam(Vereist)
Welke nieuwsbrieven wil je krijgen?(Vereist)
Algemene Voorwaarden en Privacybeleid(Vereist)
Dit veld is bedoeld voor validatiedoeleinden en moet niet worden gewijzigd.