Susans fiets of Susan haar fiets?

hoe gebruik je bezitsvormen

Hoe gebruik je de verschillende bezitsvormen?

Het Nederlands kent verschillende bezitsvormen. Hoe gebruik je die? Vergelijk deze constructies:

  • Dat is Susans fiets.
  • Dat is de fiets van Susan.
  • Dat is Susan haar fiets.

Alle zinnen zijn correct Nederlands, maar er is wel een verschil. De eerste zin is het gewoonst; de tweede is wat formeler (maar nog steeds goed bruikbaar); de derde komt eigenlijk alleen in spreektaal voor.

De term ‘bezitsvorm’, die meestal gebruikt wordt, is niet zo gelukkig gekozen; het gaat immers lang niet altijd letterlijk om bezit. Je geeft wel aan dat er een bepaalde, hechte relatie is tussen een persoon en zelfstandig naamwoord.

Eigennamen

De bezitsvorm komt voor bij eigennamen en verwantschapswoorden als moeder, zoon, oma. Bij namen en woorden die op één klinker eindigen die lang wordt uitgesproken schrijf je een apostrof voor de s, in andere gevallen komt de s aan het woord of de naam vast. Zie ook het advies van Onze Taal hierover.

  • Halsema is Amsterdams burgemeester.
  • Mijn oma’s flat is behoorlijk groot.
  • Thijmens zusje kon helaas niet komen.
  • Teylers Museum is Haarlem is Nederlands oudste museum.

Op zoek naar werkvormen?

In de online cursus Grammatica voor NT2-docenten staat de informatie van deze website gegroepeerd op onderwerp. Bovendien staan bij elk onderwerp een of meer werkvormen uitgelegd – vaak met concrete oefeningen die je zó kunt overnemen.

Meer taal?

De nieuwsbrief voor NT2-docenten verschijnt elke week: zo krijg je elke week een nieuwe lestip! In de maandelijkse nieuwsbrief van AV Taaltraining lees je alles over mijn andere activiteiten.

Naam(Vereist)
Welke nieuwsbrieven wil je krijgen?(Vereist)
Algemene Voorwaarden en Privacybeleid(Vereist)
Dit veld is bedoeld voor validatiedoeleinden en moet niet worden gewijzigd.