Wanneer gebruik je vraagtekens of uitroeptekens?
Omdat het gebruik van vraagtekens en uitroeptekens vrij eenvoudig is, ook voor NT2-leerders, behandel ik in deze lestip beide leestekens. Voor het vraag- of uitroepteken staat geen spatie, erna wel.
Vraagteken
Een vraagteken zet je aan het eind van een vragende zin, waarin de intonatie wat omhoog gaat aan het eind.
- Waar kom je vandaan?
- Mag ik vragen hoe laat het is?
- Weet u misschien waar de bus naar Emmen vertrekt?
Bij een vraag in de indirecte rede gebruik je geen vraag, maar een punt.
- Hij vroeg waar ik deze trui had gekocht.
- Ze vragen of je morgen komt.
Uitroepteken
Een uitroepteken gebruik je bij een uitroep of om een zin extra nadruk te geven.
- Wat jammer!
- Voorzichtig!
- Dat zei ik toch!
Zakelijke teksten
In zakelijke teksten komen uitroeptekens zelden voor; die worden als vrij informeel gezien. Vragen kun je natuurlijk wel gebruiken in zakelijke teksten. Vaak kun je op die manier je lezer direct aanspreken. Denk aan vragen als:
- Wilt u het formulier uiterlijk op 3 december aan ons terugsturen?
- Hebt u nog vragen? Die beantwoorden wij graag.
Op zoek naar werkvormen?
In de online cursus De NT2-docent als schrijftrainer staat de informatie van deze website gegroepeerd op onderwerp. Bovendien staan bij elk onderwerp een of meer werkvormen uitgelegd – vaak met concrete oefeningen die je zó kunt overnemen.