Zijn er regels voor de keuze tussen au en ou?
De klank [ou] kun je op twee manieren schrijven: au en ou. Net als bij de ei / ij zijn er weinig regels voor de keuze tussen deze klanken. Natuurlijk helpt de spellingcontrole cursisten in veel gevallen, maar niet altijd.
Geschiedenis
Allereerst: hoe komt het eigenlijk dat we dezelfde klank op verschillende manieren schrijven? Dat heeft te maken met het ontstaan van deze klanken. De ou is ontstaan uit verschillende combinaties; in de Middeleeuwen klonk deze combinatie ongeveer als [ow]. In oudere fases was oud bijvoorbeeld ald en goud was gold. In veel Limburgse en Nedersaksische dialecten bestaan deze vormen nog, maar ze lijken natuurlijk ook erg op het Engels en Duits. De au komt ook uit verschillende klanken voort, die allemaal begonnen met een a. In de Middeleeuwen klonk deze combinatie ongeveer als [aaw]. Ook die uitspraak bestaat nog in sommige streektalen. Daarnaast komt de au ook voor in veel leenwoorden, zoals in auto.
Vuistregels
Voor de keuze tussen au en ou zijn heel weinig vuistregels te geven. De ou komt het meest voor en ook voor een d of t schrijven we eigenlijk altijd een ou. Voor andere medeklinkers en aan het begin van een woord is de au dan weer gewoner.
Oefenen in de les
Je kunt hiermee natuurlijk oefenen met dicteezinnen, als je dat leuk en nuttig vindt. Zeker voor cursisten die een examen moeten of willen doen is het belangrijk dat ze frequente woorden goed kunnen spellen. Oefen dan eerst met woorden die allemaal dezelfde spelling hebben (dus bijvoorbeeld eerst woorden met au en dan met ou) voor je woorden oefent met de verschillende combinaties door elkaar.
Overzicht
In het e-boek 20 handige lijstjes vind je een overzicht (en dus nog 19 andere handige lijstjes!) Je kunt het via de knop hieronder kopen. Als je een workshop bij me volgt, krijg je het e-boek gratis bij het online lesmateriaal.