Tag: woordkeuze
Sommig(e), wat, enkel(e), enig(e), weinig en een paar
De woorden sommig(e), enkel(e), wat, enig(e), weinig en een paar lijken erg op elkaar, maar je gebruikt niet precies hetzelfde. Hoe zit dat?
Lees meer →
Een betere plek is er niet
'Er is geen betere plek' en 'Een betere plek is er niet' zijn beide juist, maar hoe zit dat met de ontkenning? Waarom in het ...
Lees meer →
Wiens of van wie?
'Wiens' kan een betrekkelijk of vragend voornaamwoord zijn. Wanneer gebruik je het precies? En hoe kan je het vervangen door 'van wie'?
Lees meer →
Zulke of zo’n video?
Zulk(e) gebruik je bij meervouden en niet-telbare woorden. In andere gevallen gebruik je zo'n.
Lees meer →
Het vraagwoord ‘waar’
Het vraagwoord 'waar' gebruik je niet alleen bij locaties, maar ook in combinatie met een vast voorzetsel. Dat is voor cursisten soms onverwacht.
Lees meer →
Het werkwoord ‘zijn’
Het werkwoord 'zijn' kun je op veel verschillende manieren gebruiken. Een overzicht van de betekenissen van dit woord.
Lees meer →
Die keer dat we naar Parijs gingen
In 'Die keer dat we naar Parijs gingen' is 'dat' een voegwoord en geen voornaamwoord. Dat komt in meer zinnen voor.
Lees meer →
Gebruik van positiewerkwoorden
De positiewerkwoorden liggen, zitten, staan en hangen zijn vaak lastig. Hoe gebruik je ze precies? En wat zijn hun actieve tegenhangers?
Lees meer →
Het verdwijnende woordgeslacht
Het woordgeslacht is in het Nederlands steeds verder aan het verdwijnen. Wat leer je je cursisten dan over verwijswoorden?
Lees meer →
Welke klachten hebt / heeft u?
'Welke klachten hebt / heeft u?' De vormen 'u hebt' en 'u heeft' zijn beide goed, maar waarom eigenlijk?
Lees meer →